Home arrow Actualiteiten arrow Grafrust is heilig voor moslims
Grafrust is heilig voor moslims (Trouw 23-11-07) PDF Print E-mail
Er worden steeds meer grafakkers ingewijd om moslims te begraven. Toch laten de meesten zich liever begraven in het land van herkomst.

Beheerders van begraafplaatsen worden steeds meer geconfronteerd met moslims die op hun terrein begraven willen worden, zegt de LOB, de Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen. „Onzin. Negentig procent van de moslims kiest er nog steeds voor gerepatrieerd te worden”, zegt Ibrahim Wijbenga, van de stichting Islamitisch Begrafeniswezen (IBW).
 
De LOB presenteerde gisteren de Handleiding Islamitisch Begraven. Daarin komen onder meer culturele en religieuze aspecten voor de inrichting en het beheer van islamitische grafakkers aan de orde.
 
Nederland telt één volledig islamitische begraafplaats, in Almere. Op zeventig begraafplaatsen is, volgens Pauline Harmsen, landelijk consulent van de LOB en samensteller van het boekje, een aparte ruimte voor moslims. In het Limburgse Helden praatten de Turkse en Marokkaanse gemeenschap sinds 2001 over een moslimbegraafplaats. In 2003 leidde de toenmalige burgemeester Kleijngeld de feestelijke opening. Vier jaar na die opening zegt een gemeentewoordvoerder: „De begraafplaats is nog leeg. Er staat slechts één gedenkteken van een moslimkind dat in Marokko is begraven.”
 
De eerste generatie allochtonen kiest doorgaans voor een laatste rustplaats in het geboorteland. Maar ook hun kinderen worden bij overlijden nog vaak gerepatrieerd. Wijbenga: „Vroeger gingen Turkse en Marokkaanse ouders na een geboorte naar het stadhuis om hun kindje aan te geven, en vervolgens reden ze naar het consulaat om een uitvaartverzekering af te sluiten. Het is een automatisme: bij overlijden word je door een Nederlandse begrafenisonderneming thuis opgehaald, gewassen, naar Schiphol gebracht en thuis in Marokko of Turkije aan de familie overhandigd.”
 
De Turkse en Marokkaanse moslims vullen op de islamitische begraafplaatsen niet de meeste graven. Op het Groningse Selwerderhof, met gemiddeld tien moslimbegrafenissen per jaar, liggen ook Syriërs, Ethiopiërs en Algerijnen begraven. Ze liggen allen op de rechterzij met het gezicht naar Mekka en hebben genoeg ruimte om bij de wederopstanding rechtop te zitten. Verder, zo vertelt teamleidster Hedy Kunst-Vegter, heeft elke moslimstroming zijn eigen rituelen. Vrouwen mogen niet aanwezig zijn bij een Algerijnse begrafenis, omdat hun heftige emoties de dode ziel afleiden. Ethiopische vrouwen mogen wel de doden vergezellen met hoge en schelle kreten.
 
Eén ding is voor alle moslims hetzelfde: de angst voor het schenden van de eeuwige grafrust. „Door ruimtegebrek worden de grafrechten in de toekomst waarschijnlijk nog korter”, denkt Kunst-Vegter. Stadsdeelvoorzitter Ahmed Marcouch (Amsterdam Slotervaart) opperde vorig jaar, tijdens het presenteren van plannen voor een islamitische begraafplaats in Amsterdam, de botten na verloop van jaren, onder toezicht van een imam te herbegraven in een knekelveld. „Dat is iets waar wij in de moskee veel over moeten praten.”
 
Moslims willen vooralsnog de grafrust, ’de eeuwige rustplaats’ gewaarborgd zien. Wijbenga: „Mevrouw Harmsen wil nu een systeem dat je elke keer na tien jaar je plekje kunt verlengen. Maar dat willen moslims niet. Want wat als je geen kinderen hebt? Of je kinderen hebben over tien jaar geen geld?”
 
„Op de meeste begraafplaatsen in Nederland worden de graven na een x-aantal jaar worden geruimd. In andere westerse landen wordt al veel beter rekening gehouden met de islamitische wensen op dit gebied”, zegt Wijbenga. „Misschien is dit een treffend voorbeeld van de integratie hier. Het lukt niet zo lekker. Door onbekendheid, maar ook door halsstarrigheid, door een gebrek aan flexibiliteit en inlevingsvermogen